Oorzaak

De oorzaken kunnen in het gezin of in de omgeving van het kind te vinden zijn. Oorzaak kan ook een stoornis in de hersenen zijn. De stoornis zorgt voor snel boos zijn, slaan en schoppen. Het kind ziet de omgeving als vijandig. Het vermogen om zich in anderen te verplaatsen is verminderd of vervormd.

Individuele risicofactoren

  • geen schuldgevoel hebben
  • weinig vrienden hebben, impopulair zijn
  • slechte leerprestaties hebben
  • een negatief zelfbeeld hebben
  • moeite hebben zich in taal te uiten

 

Risicofactoren in het gezin

  • strenge discipline
  • antisociale ouders
  • inconsequente opvoeding (dwingend, manipulatief gedrag van het kind laat ouders sneller toegeven) 

 

Gevolg

 

 

Handelwijze

Onderzoek heeft aangetoond dat gedragstherapieën en structuurbiedende vaardigheidstrainingen met het gezin vertroosting bieden.

Ouders leren het probleemgedrag onderkennen, ze worden ondersteund in de opvoeding en de relaties tussen ouders, en die tussen ouders en kind worden verbeterd. Preventieve interventie voor jonge kinderen kan effectief zijn als de interventie plaatsvindt op het moment dat experimenteren (bij een normale ontwikkeling passend) aan het veranderen is in een gewoonte. Gedragstherapeutische groepstrainingen, in combinatie met opvoedingstrainingen, zijn ook belangrijk. Dat wat een kind op de training geleerd heeft, wordt op school en in de omgeving bekrachtigd en bevestigd. Thuis en op school geldt de gouden regel: houd hen aan het werk. Dan treedt geen verveling op. Verveling leidt tot ontsporend gedrag. Essentieel is CONSEQUENT OPVOEDEN. Laat kinderen niet afdwingen en manipuleren.

 

 Extra informatie

In sommige levensfasen zoals de koppigheidsfase in de peuter-kleuterperiode of de puberteit is opstandig en agressief gedrag bij kinderen een vrij normaal verschijnsel. We spreken pas van agressieve gedragsstoornissen wanneer het gaat om ernstig negatieve gedragingen die vaker en sterker dan gemiddeld voorkomen, niet worden veroorzaakt door de omstandigheden en al langere tijd aanwezig zijn.

Agressieve gedragsstoornissen worden onderscheiden in oppositioneel opstandige gedragsstoornissen (ODD, Oppositional Defiant Disorder) en antisociale gedragsstoornissen (CD, Conduct Disorders). Samen worden deze gedragsstoornissen ook wel disruptieve stoornissen genoemd (DBD, Disruptive Behavior Disorder).

 

Bron: www.infonu.nl